donderdag, maart 31, 2011

Geluk zit soms in een klein koekje!

Tijdens het winkelen, mag ik met veel plezier kijken naar de dozen van Jules Destrooper. In de rekken zijn er namelijk maar weinig producten terug te vinden, waarvan de verpakking zo mooi vormgegeven is. Dat de koekjes overheerlijk zijn, is een dubbele meevaller.


Tegenwoordig kan je een bevriende liefhebber van koekjes (en mooie verpakkingen) een ‘Jules Destrooper Vivabox’ cadeau doen, en dat naar aanleiding van de 125ste verjaardag van de koekjesproducent. Het smakelijke kleinood zelf houden is uiteraard ook een wel te overwegen optie. Voor een luttele 24,95 euro krijg je uiteraard lekkere koekjes, maar ook een uniek retroblik, twee exclusieve porseleinen kopjes en schoteltjes, een kunstboek, en als kers op de taart, een uitnodiging voor twee personen voor een bezoekje aan het deze zomer te openen bezoekerscentrum in Lo.

Voor wie het wat meer mag zijn, misschien eens surfen naar de homepage van Destrooper, want er valt een appartement aan de Belgische kust, en tal van andere prijzen te winnen. Toch ook eens een poging wagen!

zondag, maart 27, 2011

Sid speelt mandoline

Verduivelde mandoline! Gelijke plakjes aardappel, allemaal goed en wel, maar zomaar aan mijn rechterduim beginnen. Zo gaan we geen vrienden blijven. 't Is dat het topje er nog aan staat, anders was het een enkeltje richting rommelmarkt. De foto's hadden trouwens ook van de oven en een brandwonde op m'n bovenarm kunnen zijn. Of van caramel en mijn linker wijsvinger. Ja, het was een bewogen week in de keuken.


vrijdag, maart 25, 2011

The many varieties of beer!

Eerder deze week in de brievenbus en absoluut 100 % cool bevonden door de voltallige eenmansredactie van Coolinary. Recht uit Brooklyn New York, een pakketje van 'PopChartsLab' met een T-Shirt en een poster. Lang geleden dat ik nog iets via 't net gekocht had maar hey, een zo goed als volledig overzicht van alle bieren op een shirt... dat kan bij een examen in de bierles wel eens van pas komen.


Blijkt nu dat er geen examen komt, aanwezig zijn is goed genoeg. Waarom zou je in hemelsnaam afwezig zijn als je weet dat je een stuk of tien biertjes mag proeven.

Iemand trouwens een idee wie het onzalige idee heeft gekregen om 'French' bij in het circeltje met 'Belgian Ale' te zetten? Die hebben wijn toch al, niet? Mocht je trouwens de poster kopen in plaats van het T-Shirt, dan krijg je er per bier nog enkele merken bij. Net nog eens naar de site geweest, staan er weeral enkele nieuwe coole shirts en posters bij!


donderdag, maart 24, 2011

The Flemish Primitives 2011 - Modernist Cuisine

Begin deze maand had ik hier al eens een stukje geschreven over ‘Modernist Cuisine’, een must have kookboek dat zonder twijfel de ‘Larousse Gastronomique’ van zijn tijd is. Bij uitbreiding ook van de jaren die volgen. Als absolute primeur kwam Chris Young, één van de drie auteurs, het boek voorstellen op The Flemish Primitives. Jammer was dat zijn voorstelling – allicht strategisch – zo tussen de kookdemo’s was geplaatst, dat een eventuele vertraging in het programma hier goedgemaakt kon worden. En zo geschiedde, Young freewheelde zich door zijn mooi geïllustreerde presentatie, terwijl op de vierde rij iemand naarstig nota’s nam en een gewiekst plan bedacht om het boek te bemachtigen. Eerst de nota’s in cijfers, dan het plan!

Aan het boek werd ongeveer 5 jaar gewerkt. De 21 kilo zware kanjer telt ongeveer 1.100.000 woorden, 2.438 pagina’s, 3.200 foto’s en 1.500 recepten. Indien je alle woorden achtereen zou zetten – nodig mij vooral uit mocht je daar zin in hebben – dan krijg je 11 kilometer tekst. En het gewicht van de inkt in het boek alleen al bedraagt 1,8 kilogram. Voor de smossers onder ons nog even zeggen dat ‘Modernist Cuisine’ trouwens waterdicht is. Redenen te meer om het boek aan te kopen, ware daar niet de flink uit de kluiten gewassen aankoopprijs die varieert tussen de 440 en 750 €, naargelang waar je het boek bestelt. Jeeves, een plan en snel!


Hoe verantwoord ik bij vriendin de aankoop van een kookboek ter waarde van een gezellige citytrip? Roken doe ik niet, dus daar kan ik alvast niet op besparen? Een rondje overslagen op café zou een optie zijn, maar daar maak je je dan weer niet erg populair mee. Ik dus op zoek naar een slechte gewoonte, en het waren de wijze woorden van moeder die me op een gouden idee brachten. Geen (lees minder) broodjes op het werk bestellen, daar spaar je geld mee uit!

Het idee heeft tal van gaten, om de aankoopprijs van brood en beleg bijvoorbeeld maar te noemen, maar ik denk dat het toch een winnertje is. Rekening houdend met de kostprijs van een broodje kaas à 2,40 €, wil dat zeggen dat indien ik 183 dagen geen broodje bestel, ik het boek ‘al’ heb terugverdiend. En er is nog beter nieuws! Als ik 122 dagen geen ‘Briehap’ (3,6 €) eet, dan kom ik er ook. Maar waarom daar stoppen? 88 dagen geen slaatje bestellen bij de lunch (5 € stuk) zou ook de oplossing bieden. De volgende 17 tot 37 werkweken sta ik dus zelf in voor mijn lunch, wetende dat het voor een goed doel is! Maak ik er een goeie gewoonte van, dan kan ik mezelf mogelijk nog iets anders leuk permitteren. Mooie vooruitzichten!

woensdag, maart 23, 2011

The Flemish Primitives 2011 - René Redzepi

En ik die dacht op weg te zijn naar een algemene persconferentie over The Flemish Primitives, bleek plots midden in de officiële persbabbel met René Redzepi te zitten. Een beetje vervelend natuurlijk, want mijn minutieus opgestelde vragenlijstje lag gewoon in het hotel. Net als mijn degelijk fototoestel trouwens. In m’n vestzak vond ik gelukkig nog een pen en papier, al blijft notities nemen op een enkel velletje niet zo simpel, en dat maken volgende kribbels meer dan duidelijk.

Redzepi trouwens, voor degenen die uit de lucht komen vallen, is de chef van het Deense restaurant Noma. Dat restaurant mag zich volgens het lijstje van San Pellegrino nog tot half april ‘Het Beste Restaurant van de Wereld’ mag noemen. Nog twee weken voor we er gaan lunchen, en dat is uiteraard iets om naar uit te zien.

Een niet onbelangrijke vraag die er gesteld werd (en ook op mijn lijstje stond), was of hij reeds een idee had wat de toekomst zou brengen. Veel chefs openen tegenwoordig namelijk een tweede, iets toegankelijkere zaak, maar dat behoort voorlopig niet tot zijn plannen. René claimde zelfs geen vaag idee over de toekomst te hebben. 99% van mijn tijd spendeer ik in een keuken, en die overige ene percent vervang ik luiers. Als je dan weet dat er nog eentje onderweg is, schiet er echt niet veel tijd over om andere wilde plannen te maken.

Eén plan waarover René wel iets concreet wist te zeggen was over het culinaire festival dat hij mee op poten aan het zetten is. Het MAD festival, want dat is de naam, wordt een culinair equivalent van het muziekfestival in Roskilde. Zo zullen op de ‘main stage’ van het non-profit-event chefs kun kunsten tonen, terwijl bijvoorbeeld foodwriters of wetenschappers in de ‘marquee’ hun ding doen. Stiekem is Redzepi gewoon een rocker, zoals ook mocht blijken uit de reactie die volgde nadat Michelin hem geen derde ster had toegekend. “Ach, ik droom van die derde ster, net zoals ik er van droom een gitaarsolo te spelen op Roskilde. Misschien moet ik gewoon nog harder mijn best doen”. Topkerel!


René probeerde binnen een korte tijdspanne iedereen zo goed en zo kwaad mogelijk te woord te staan, wat niet weg nam dat sommige vragen hem wel de wenkbrauwen deden fronsen. Wat moet je immers met de vraag of we in zijn ogen momenteel van een revival van het romanticisme kunnen spreken. Phaidon, de uitgever van René’s boek wees er nog op dat een Nederlandstalig exemplaar van ‘Noma, Time & Place in Nordic Cuisine’, in mei in de betere boekhandel te vinden zou zijn. Dat was het ideale moment om een foto te nemen van de chef die even zijn eigen boek doorbladerde. Dat hij uiteindelijk amper een dag in België zou verblijven vond hij trouwens best jammer. Over Hof van Cleve had hij al veel gehoord, en ook In De Wulf had hij graag bezocht. Een andere keer misschien.



De volgende dag stond een kookdemo van René in goed gezelschap op het programma (later meer daarover). Nog voor deze demo werd het podium door de persmeute belegerd. De persconferentie was een mooie appetizer geweest, maar ze hadden zin in meer. Ik dus ook maar mee het podium op, net op tijd om een Nederlandse collega de meest hilarische vraag ooit te horen stellen. “How does it feel to be one of the biggest cocks in the World”. René vroeg zich af of zijn vrouw misschien uit de biecht had geklapt, nam het compliment met zichtbare animo in ontvangst en ging verder met zijn voorbereidingen. Ik herhaal: Topkerel!

Rookverbod

Geen idee of het aan de situatie in Japan, dan wel aan die in Libië ligt, maar het algemene rookverbod dat hier op 30 juni in voege gaat, lijkt me op weinig tegenstand te botsen. Het schijnt wel herleid te zijn tot een fait divers, zo geruisloos passeerde het in de pers. Op een enkele hongerstaking van een misnoegde café-uitbater na – ik ben benieuwd hoe ver hij gaat – blijkt iedereen de beslissing wel te aanvaarden. Niks geen collectieve staking of mars op Brussel, maar stilte. Houden zo!

dinsdag, maart 22, 2011

Romanesco



Zonder twijfel de mooiste groente die er is! Wetenschappelijk bewezen is het niet, maar de romanesco is minstens 7 keer cooler dan zijn witte neefje de bloemkool. Feit dat dit de enige groente is die mits een beetje verbeelding zelfs op een kameleon lijkt, maakt ze nog mooier!

zondag, maart 20, 2011

The Flemish Primitives 2011 - Meat Masterclass

Ik ben niet echt een vleeseter. Ik lust het wel, liefst niet te rood, maar op restaurant zal ik het zelden bestellen. En toch heb ik op The Flemish Primitives de masterclass ‘Meat – Aging, preparation and cooking techniques’ gevolgd. Ik zou wel gek geweest zijn het niet te doen, want de helden van de dag waren stuk voor stuk stielmannen die zich met heel hun hart inzetten voor hun product. Van links naar rechts op de foto: Hendrik Dierendonck (B, Slagerij Dierendonck), Giorgio Nava (I / ZA, Carne SA & 95 Keerom), David Martin (B, La Paix), Jack O’Shea (UK, Jack O’Shea) en Kevin Love (UK, The Hinds Head - Heston Blumenthal).


De heren hadden niet enkel een schat aan kennis bij, het uitgestalde vlees was van een kwaliteit om U tegen te zeggen. U, met een hoofdletter! Het West-Vlaams ‘Rood Rund’, ook wel ‘Rouge de Flandres’ genoemd van Hendrik, de ‘Aberdeen Angus’ van Jack... Stuk voor stuk klassevlees!

De prachtige stukken ‘gerijpt vlees’, waren mooi vetdooraderd, ‘Marbling’ heet dat dan! Het intramusculaire vet zal ervoor zorgen dat je echt ongelofelijk zacht vlees hebt. Misschien is het wel de moment om af te stappen van die dwaze gedachte dat vet slecht is. Vet is nodig verdorie!

Nog een indrukwekkend stuk, in as gerijpt vlees van David Martin. Alvorens te proeven mochten we eerst allemaal eens ruiken. En smelten op de tong dat het vlees deed, ongelofelijk.

Een slager is maar zo goed als zijn materiaal. Messen, een zaag, een houten kapblok zijn uiteraard essentieel. Dat, en vlees natuurlijk!

Hier is Jack aan het uitleggen waarom hij zo’n grote fan is van de ‘Aberdeen Angus’. Ook daar mochten we een stukje van proeven en ook dat was fenomenaal lekker. De heren waren het trouwens roerend met elkaar eens. Een product van goede afkomst, verwerkt door een goede vakman en klaargemaakt door een kok met verstand van zaken, dat kan niet anders dan vuurwerk geven. Haal één schakel uit die ketting uit, en dat merk je direct aan het resultaat. Om dat te staven nam Jack een stukje vlees welke het een keer op de draad, en een keer tegen de draad sneed. Zelfde stukje vlees, alleen één keer ongelofelijk taai en de andere keer fantastisch mals.

Terug een stukje van David Martin uit zijn Josper, een houtskoolgestookte barbecue die hij wel tot 400° C en hoger kan stoken. Daar sta je dan als je denkt dat de temperatuur niet laag genoeg kan zijn, en je zo’n sappig stukje krijgt voorgeschoteld. Het sous-vide koken, ofwel vacuümverpakt in een warmwaterbad met constante temperatuur, blijft natuurlijk een optie voor een mals stukje vlees. De meest extreme vorm hiervan kunnen we volgens Kevin en Jack zonder twijfel op naam van Heston Blumenthal schrijven. Die heeft ooit - zo wil de legende - het geweldige idee gehad om een volledig varken in een waterbadje te bereiden. Feit dat de industrie niet direct zulke grote baden voorziet mocht trouwens geen beperking zijn. Een jacuzzi bracht de oplossing en het varkentje werd ‘vakkundig gewassen’. Dat zijn nog eens anekdotes waarmee je de aandacht trekt!

In een masterclass ‘Meat’ kan het niet anders dan dat het vlees je rond de oren vliegt. Hier wordt er alweer een stuk uit de Josper versneden. Licht krokant gekorst door de hoge temperatuur, maar o zo mals van binnen. En dan te bedenken dat ik vroeger mijn vlees altijd doorbakken moest hebben. Een regelrechte schande.

Komen Eten, Friends editie

't Was bij ons gisteren, als laatste in een rijtje van vier bevriende koppels. 'Koken Etenke' spelen, ik vond dat vroeger al plezant, en voor echt - met eten, drinken en gasten - blijft ook altijd geweldig. Half acht mijn nest uit, naar de markt voor coquilles en brood, een bezoekje aan de slager voor een goei stuk vlees, drank in de supermarkt halen... love it!

Fastforward, 12 uur later, de vriendjes waren gearriveerd! Geen gedocumenteerd verslagje deze keer want foto's zijn er niet genomen. De filmpjes met de punten hebben we - technisch mankementje - ook nog niet gezien. Daar spreken we nog een keertje voor af!

Geproefd en hopelijk goed bevonden:


Knabbels:

Kerstomaatje in een suikerjasje en gerookt sesamzaad.
Radijsje in een yoghurt bietendip, gepresenteerd als een licht verlept plantje. De blaadjes mag je, indien je dat zou willen, gewoon opeten.

Hapjes:

Rundstartaar
Minigarnaalcocktail
Coquile met gemarineerde knolselder en crunch van spek

Voorgerecht:

Vitello Tonato
Frisse couscous met zalm

Hoofdgerecht:

Varkenwangetje met Turnhoutse Tripel, kruidenpuree en gestoomde groentjes
Schelvishaasje in een garnaalroomsausje, kruidenpuree en gestoomde groentjes

Prédessert:

Drie kaasjes, gel van Granny Smith, hangop van yoghurt, komkommer en mosterdzaad

Dessert:
Frangipanecakeje, brownie, stoofpeertjes, gebakken peertje, vanilleijs en chocoladekaviaar

Koffie, thee, sherry, advocaat, Omer, witte wijn, rode wijn, prosecco, cava, Tripel Hop, water, ... ik kan niet zeggen dat er weinig gedronken is. 't Heeft natuurlijk ook zo zijn voordelen. Een simpele muziekkwis bijvoorbeeld wordt hilarisch grappig. Twee april het verdict!

dinsdag, maart 15, 2011

The Flemish Primitives 2011 - prereview

The Flemish Primitives, het twee daagse mindblowing en ongelofelijk inspirerende culinaire event, zit er helaas op. Een overdaad aan indrukken was het! Maar wat 'all things culinary' betreft ben ik nogal gulzig, dus in dit geval schaadt die ‘overdaad’ niet. Even snel een impressie neerpennen, of inderhaast wat foto’s selecteren en online zwieren is hier niet aan de orde. Net als vorig jaar zal ik mondjesmaat foto’s, indrukken, informatie, weetjes loslaten op Coolinary. Bitesize, zoals dat dan heet!

Benieuwd hoe we gezellig samen aan de drugs gingen (kikkers likken)?
Wat Heston Blumenthal in de jacuzzi met een varken uitvreet?
Wat de boodschap in de fles was?
Waar het hilarische gerucht van komt dat Rene Redzepi groot geschapen is?
Hoeveel glazen er per persoon op zo'n galadiner op tafel staan?
...

Dat, en nog een pak meer, volgt. Maar alles op zijn tijd, even bekomen!

vrijdag, maart 11, 2011

Barbecue - Olympische discipline

Geachte heer Rogge, beste Jacques,

In uw hoedanigheid van voorzitter van het Internationaal Olympisch Comité, kortweg IOC, schrijf ik u deze open brief. Elke vier jaar is het uitkijken naar die prachtige sportmanifestatie, met name de Olympische Spelen, die jullie telkens weer met glans op poten zetten. Het is met betrekking tot deze manifestatie dat ik me tot u richt.

Het rijtje sporten dat aan bod komt op de Spelen is schier oneindig, doch - en het dient gezegd - niet geheel volledig. Dat jullie op mijn aangeven in 1996 ‘beachvolleybal’ als officiële Olympische discipline hebben aanvaard stemde reeds menig liefhebber gelukkig. Ik denk dat we, met het oog op de Spelen in 2012, klaar zijn voor een nieuwe discipline, namelijk ‘Barbecue’.

Uiteraard ben ik me terdege bewust dat het aanbrengen van een nieuwe discipline een heikel punt is. Voor je het weet heb je daar immers de dartsfederatie weer, en eerlijk is eerlijk, buiten de Nederlanders en de Engelsen zit daar niemand die niet gedronken heeft op te wachten. Barbecue daarentegen, in de ogen van sommige mensen jammerlijk geen echte sport, kan met uitzondering van de gebieden waar een tijdelijke voedselschaarste heerst, op bijval rekenen over de ganse wereld. Naast het professionele circuit, dat vooral in het noorden van Amerika en bepaalde regionen van Europa gebezigd wordt, is barbecueën ook een sociale gebeurtenis. Recente wetenschappelijk ondersteunde studies tonen immers aan dat 1/3 van de wereldbevolking een barbecuetoestel heeft, en dat de helft ooit zelfs al eens gebarbecued heeft. Met deze verpletterende cijfers heeft het fenomeen barbecue dan ook voldoende troeven in huis om koning voetbal en wielrennen van de troon te stoten.

Zoals steeds heb ik ook nu weer juridisch advies ingewonnen en middels een aansluiting van de ‘World Barbecue Association’ of de ‘KCBS’ bij het IOC, kan niets de opname van de sport ‘Barbecue’ nog in de weg staan. In een verder stadium kunnen we bekijken hoe we de verschillende disciplines, waaronder bijvoorbeeld het grillen, het roken, maar ook de marathonsessies op lage temperatuur, het best geïntegreerd kunnen worden. Met het fenomeen ‘winterbarbecue’ houdt ons vervolgens niets tegen om ook op de Winterspelen present te zijn, iets wat uniek zou zijn in de geschiedenis van de Olympische spelen. Het veelvuldige trainen dat de atleten verplicht dienen te doen om hun kundigheid op peil te houden, kan mogelijk ook de toeschouwers ten goede komen. Daar dien ik voor u als Belg en Bourgondiër natuurlijk geen tekening bij te maken.

In afwachting van uw ongetwijfeld gunstig antwoord betreffende de opname van ‘Barbecue’ als nieuwe Olympische discipline groet ik u. U zou mij tevens een groot plezier doen indien u tevens de mogelijkheid zou vinden mij de stand van zaken te geven met betrekking tot eerder verstuurde mail aangaande het Amerikaans Worstelen.

Vriendelijke groeten,

Sid Frisjes
Barbecue-atleet

donderdag, maart 10, 2011

Coolinary / Qlinaria = persvoer

In amper vijf dagen tijd twee keer de 'nationale pers' halen, en dat met iets wat uiteindelijk gewoon een 'hobby' is, dat is wel een beetje plezant. Niet dat ik er op zat te wachten, maar die sms'jes en mailtjes in de trant van "gij weet toch dat ge in De Morgen Magazine staat" en, "Allez, nu staan jullie weeral in Het Laatste Nieuws", waren dat evenzeer.


Zaterdagochtend. In De Morgen Magazine stond een beknopt overzicht van enkele uiterst te genieten foodblogs. Eerste in het rijtje was, overbodig tromgeroffel, Coolinary. Leuk, zeker als je weet dat er in België tal van foodblogs (vooral receptenblogs) zijn die een veelvoud lezers halen dan mezelf. Misschien toch maar eens wat meer receptjes posten, en het compact fototoestel terug vervangen door de flink uit de kluiten gewassen Canon, zodat alles terug in evenwicht is. Ook leuk, collega bloggers Filet-Pur ontdekken, wat zeer zeker de moeite is!


Woensdag. In het regionale overzicht van Het Laatste Nieuws komen de geweldige Smaakmakers alsook het barbecueteam Qlinaria waar ik deel van uitmaak aan bod. De reden uiteraard onze deelname aan het wereldkampioenschap barbecue in Duitsland. Bescheiden en slechts een tikkeltje ambitieus. Nee dat telefonische interview heb ik goed doorworsteld.




Indien ook u per toeval van de geschreven pers bent, en zich jammerlijk in de vergeethoek gedrumd zou voelen, geen nood! Ook voor u maak ik met plezier wat tijd. Toffe mens ik!

zondag, maart 06, 2011

Bierles 3

Na amper drie lessen zijn we nog lang geen volleerd bierkenner, dat spreekt voor zich. Maar ondertussen komt het wel vaker voor dat we rake dingen zeggen tijdens het blind proeven, en dat is toch ook al iets om trots op te zijn, niet? Niet meer dan een halve slok had ik nodig om zelfverzekerd 'pils' te roepen en driewerf hoera, ik had gelijk. 'Estaminet, Premium Pils', van brouwerij Palm uit Steenhuffel, ik had er nog nooit van gehoord. Een degelijk pilsbier met en ietsje meer hoparoma, en wat meer is, een mooi strak etiket. Dat laatste zo zal helaas nog vaak mogen blijken, is echt geen evidentie. 5.2 % alcoholpercentage voor zij die graag de tel bijhouden.


Tweede proevertje en tweede keer prijs. Opnieuw pils en wel het blonde biobier 'Spelziale' van brouwerij Millevertus uit Toernich. Ik noteerde dat de mooie witte schuimkraag het snel voor bekeken hield. Wat de smaak betrof kwam ik niet verder dan een licht zurige smaak. Met een alcoholpercentage van 4.5 % kwam het nog in de buurt van de Estaminet die we eerder proefden, het verschil met het volgende bier kon niet groter zijn.


Een roodbruin bier, volle schuimkraag en meer body dan de bevallige Lesly-Ann Poppe in een miniscule bikini. In het glas de befaamde 'Malheur 12', van brouwerij De Landtsheer uit Buggenhout. De 12 in de naam, dat laat zich al raden, verwijst naar het alcoholpercentage en is daarmee een van de zwaarste bieren in België. Straffe kost, en dat is niet gelogen.


Met het blonde 'La Guillotine', van brouwerij Huyghe uit Melle zaten we weer bij een medaillewinnaar. Deze Guillotine met zijn 9.3 % was recent op een bierfestival in Nürnberg nog goed voor een zilveren medaille. Toen we de witte fles voor ogen kregen was de link met dat andere paradepaardje van Huyghe, de Delirium Tremens, trouwens snel gelegd.


Scherpstellen op een 'Jezuiet', veel meer heeft pakweg een Geert Hoste in deze tijden niet nodig om een grap uit zijn mouw te schudden. Gezien het mij met het fototoestel niet direct wou lukken, laten we die grap veiligheidshalve ook maar achterwege. Blond , amberkleurig, fris, zoet en toch niet super. Mogelijk begon de Malheur zijn sporen al na te laten. Desondanks toch een schrijffout op het etiket teruggevonden. Pittih karakter die Jezuiet van Brouwerij Boelens.

Na de 'Spelziale', het eerder geproefde speltbier was het opnieuw tijd voor een biobier. 'Leireken' van Brouwerij Strubbe bleek een bier op basis van boekweit. Een snelle blik op het etiket deed vermoeden dat ze onze goede vriend Mao daar in Ichtigem wel genegen zijn.

Met de 'Bush Amber' van brouwerij Dubuisson was het tijd voor een tweede stevige knaller. Opnieuw 12% alcoholgehalte, opnieuw een body om u tegen te zeggen. Zo weinig supersterke bieren in België, zo veel in een les! Eente om in huis te halen.

Iets helemaal anders dan, een biertje met een fruitige geur die zijn weerga niet kent. Een hint van aardbeien en bosbessen misschien? In tegenstelling dan de geur doet vermoeden is de smaak van de 'Bon Secours Myrtille' lang niet zo zoet. Een biertje voor de liefhebber, die de beugelfles ongetwijfeld ook weten te apreciëren. Brouwerij Caulier, Péruwelz, 7 %.

Als uitsmijter kregen we nog een 'Dulle Teve', een stevige (10 %) bittere tripel van de Dolle Brouwers uit Esen. Nu mogen smaken al wel eens verschillen, over het etiket waren we het unaniem eens. Het verdict was dat het misschien geen slecht idee zou zijn om bij het ontwerpen van het etiket in de toekomst een vakman te betrekken. En wat blijkt, de etiketten zijn van de hand van een Brugse kunstenaar. Ik zeg niets!


Samoerai

Een bezoekje aan een Japans showrestaurant, het moest er ooit van komen en in gezelschap van de genaamde 'crazyboy' bleek dat zelfs nog een aangename ervaring te zijn. Wie een sterrenmaal stijl Yamazato verwacht komt bedrogen uit, maar laat dat vooral de pret niet bederven. Naast goed eten staat immers het showelement centraal bij Samoerai. Onze aperitief werd begeleid door een bordje ietswat groot uitgevallen sushi, en laat net dat niet zo handig eten zijn met stokjes.


De chef van dienst had in de tussentijd ook plaatsgenomen achter zijn tepanyaki plaat. Zeeduivel, zalm en courgette werden op de warmplaat getoverd en kregen een royale peperbeurt. Zelden een pepermolen in zoveel verschillende richtingen zien roteren. Het aandachtige oog spot in de achergrond een bont gezelschap, allen gekleed in traditionele kimono, en ook wij mochten zo'n ding aan.


Na de vis was het de beurt aan een stukje kip met een zoet smakende sesamdressing. Hier geen kunsten tegen een hoog toerental, maar wel een sterk staatje snijwerk. Met de nodige show, dat spreekt voor zich.


'Blij met een ei', ooit een populaire slogan en in Samoerai het uitgelezen moment om alle tafelgenoten even te betrekken bij het spel. De eitjes worden op de warmplaat gebakken, versneden en vervolgens vakkundig richting mondholte gekatapulteerd. Met een mooie 4 op 4 scoorden we trouwens beduidend beter dan de ons omringende tafels. Happende heersers wij!



Jongleren met kruidenpotjes en pepermolens, kip versnijden tegen de sterren op en de tafelgasten ongevraagd eten in de mond schieten. De chef deed alles netjes volgens de regels van het Japanse handboek hoor. Het enige dat nog ontbrak was vuur, maar met ossenhaas in het vooruitzicht kon ook dat niet lang op zich laten wachten. En kijk, vuur! Supermals vlees ook, al had men voor mij een ietsje minder kwistig met de look mogen omspringen.



Een aangename avond in goed gezelschap en meer moet dat soms niet zijn. Dat de aandacht grotendeels naar de show gaat weet je in een dergelijk restaurant van te voren. Voor een keertje is dat geen ramp, en ik zou liegen mocht ik zeggen dat het eten per slot van rekening niet lekker was.
Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...