Voor wie het ontgaan mocht zijn, de macrobiotische keuken is aan een opmars bezig. Het is te zeggen, accenten uit de macrobiotische keuken zijn hip en veroveren hun plaats in de menig restaurantkeuken. Sinds het zogenaamde ‘moleculaire koken’ enkele jaren geleden gemeengoed werd, kan je agar agar bijvoorbeeld in zowat elke keuken terugvinden, en chefs als Sergio Herman scoren al langer met het gebruik van miso.
In de huiselijke sfeer echter heeft macrobiotisch koken nog een beetje een “geitenwollensokken imago”. Toen ik vriendin leerde kennen - en mezelf nog niet de nobele kunsten van het koken eigen had gemaakt – wist ik niet goed wat te denken van al die rare Japanse toestanden. Miso-soep als ontbijt, kombu, ponzu, dashi, seitan, umeboshi, wakamé, dulce, … toegankelijk is het allemaal niet als je nieemand hebt om je doorheen deze vreemde wildernis te loodsen.
Ondertussen zijn we elf jaar verder en eet ik ’s ochtends zonder tegensputteren al eens een miso-soepje mee. Dat, en een gezonde interesse in ‘all things cooking’ was reden genoeg om op een steenworp van Turnhout - meerbepaald bij Seazen in Arendonk – een macrobiotische kookdemonstratie te volgen. Het feit dat we Cathérine Kools als gids tijdens deze kookdemo hadden was een aangename bijkomstigheid. Je kunt je vragen stellen wanneer er nog maar eens iemand die we kennen van de televisie zich ontpopt tot kok, maar dat was hier niet van tel. Zelden iemand zo begeesterend en gepassioneerd weten te vertellen, en dat – heel belangrijk - zonder er maar één belerend vingertje aan te pas kwam.
Op het menu stond een 'misosoepje', 'azukibonen met prei, limoen en witte miso', 'geroosterde zaden', rijst, 'geblancheerde broccoli', 'gewokte seitan met spitskool', 'gepekelde groentjes', 'pompoen uit de oven' en een 'macrojack', een soort dessertkoek op basis van zaden en granen. Een vol bord na het passeren van het buffet, zoveel mag wel duidelijk zijn. Lekker, en ook nog eens goed voor lichaam en geest.
Leerrijk was het trouwens ook. Wanneer mijn schoonmoeder bijvoorbeeld voor de zoveelste keer naar suiker verwijst als zijnde “De Witte Dood”, dan wil ik dat met veel plezier aan mij voorbij laten gaan. Wanneer er mij door middel van een korte monoloog, waarin Cathérine zowel de rol van de pancréas, suiker als alle andere organen voor haar rekening nam – quasi hetzelfde duidelijk wordt gemaakt, dan is dat net dat tikkeltje aannemelijker. Een Oscarnominatie trouwens voor haar vertolking van ‘een pot rijst’, très amusant.
Ga ik nu plots heel mijn voedingspatroon omgooien en macrobiotisch eten? Ik denk het niet, daarvoor kook/eet ik te graag. Dat wil echter niet zeggen dat ik niet voor verandering open sta, en er geen macrobiotische elementen mijn ‘dieet’ mogen binnensluipen. Laten we eens een restaurantbezoekje skippen en 'Millefeuille à table' op 2 december een kans geven. Gastronomisch macrobiotisch, ik ben benieuwd!
In de huiselijke sfeer echter heeft macrobiotisch koken nog een beetje een “geitenwollensokken imago”. Toen ik vriendin leerde kennen - en mezelf nog niet de nobele kunsten van het koken eigen had gemaakt – wist ik niet goed wat te denken van al die rare Japanse toestanden. Miso-soep als ontbijt, kombu, ponzu, dashi, seitan, umeboshi, wakamé, dulce, … toegankelijk is het allemaal niet als je nieemand hebt om je doorheen deze vreemde wildernis te loodsen.
Ondertussen zijn we elf jaar verder en eet ik ’s ochtends zonder tegensputteren al eens een miso-soepje mee. Dat, en een gezonde interesse in ‘all things cooking’ was reden genoeg om op een steenworp van Turnhout - meerbepaald bij Seazen in Arendonk – een macrobiotische kookdemonstratie te volgen. Het feit dat we Cathérine Kools als gids tijdens deze kookdemo hadden was een aangename bijkomstigheid. Je kunt je vragen stellen wanneer er nog maar eens iemand die we kennen van de televisie zich ontpopt tot kok, maar dat was hier niet van tel. Zelden iemand zo begeesterend en gepassioneerd weten te vertellen, en dat – heel belangrijk - zonder er maar één belerend vingertje aan te pas kwam.
Op het menu stond een 'misosoepje', 'azukibonen met prei, limoen en witte miso', 'geroosterde zaden', rijst, 'geblancheerde broccoli', 'gewokte seitan met spitskool', 'gepekelde groentjes', 'pompoen uit de oven' en een 'macrojack', een soort dessertkoek op basis van zaden en granen. Een vol bord na het passeren van het buffet, zoveel mag wel duidelijk zijn. Lekker, en ook nog eens goed voor lichaam en geest.
Leerrijk was het trouwens ook. Wanneer mijn schoonmoeder bijvoorbeeld voor de zoveelste keer naar suiker verwijst als zijnde “De Witte Dood”, dan wil ik dat met veel plezier aan mij voorbij laten gaan. Wanneer er mij door middel van een korte monoloog, waarin Cathérine zowel de rol van de pancréas, suiker als alle andere organen voor haar rekening nam – quasi hetzelfde duidelijk wordt gemaakt, dan is dat net dat tikkeltje aannemelijker. Een Oscarnominatie trouwens voor haar vertolking van ‘een pot rijst’, très amusant.
Ga ik nu plots heel mijn voedingspatroon omgooien en macrobiotisch eten? Ik denk het niet, daarvoor kook/eet ik te graag. Dat wil echter niet zeggen dat ik niet voor verandering open sta, en er geen macrobiotische elementen mijn ‘dieet’ mogen binnensluipen. Laten we eens een restaurantbezoekje skippen en 'Millefeuille à table' op 2 december een kans geven. Gastronomisch macrobiotisch, ik ben benieuwd!
2 opmerkingen:
De Witte Dood? Oei! Dan toch een lekkere dood :-)
Maar enfin, er zit wel teveel suiker in ons eten, dat vind ik nu ook wel...
Ga anders een volgende keer in A'pen eens mee naar die Millefeuille aan tafel... al vrees ik voor 2 december sowieso al verstek te moeten laten gaan.
Een reactie posten