woensdag, maart 23, 2011

The Flemish Primitives 2011 - René Redzepi

En ik die dacht op weg te zijn naar een algemene persconferentie over The Flemish Primitives, bleek plots midden in de officiële persbabbel met René Redzepi te zitten. Een beetje vervelend natuurlijk, want mijn minutieus opgestelde vragenlijstje lag gewoon in het hotel. Net als mijn degelijk fototoestel trouwens. In m’n vestzak vond ik gelukkig nog een pen en papier, al blijft notities nemen op een enkel velletje niet zo simpel, en dat maken volgende kribbels meer dan duidelijk.

Redzepi trouwens, voor degenen die uit de lucht komen vallen, is de chef van het Deense restaurant Noma. Dat restaurant mag zich volgens het lijstje van San Pellegrino nog tot half april ‘Het Beste Restaurant van de Wereld’ mag noemen. Nog twee weken voor we er gaan lunchen, en dat is uiteraard iets om naar uit te zien.

Een niet onbelangrijke vraag die er gesteld werd (en ook op mijn lijstje stond), was of hij reeds een idee had wat de toekomst zou brengen. Veel chefs openen tegenwoordig namelijk een tweede, iets toegankelijkere zaak, maar dat behoort voorlopig niet tot zijn plannen. René claimde zelfs geen vaag idee over de toekomst te hebben. 99% van mijn tijd spendeer ik in een keuken, en die overige ene percent vervang ik luiers. Als je dan weet dat er nog eentje onderweg is, schiet er echt niet veel tijd over om andere wilde plannen te maken.

Eén plan waarover René wel iets concreet wist te zeggen was over het culinaire festival dat hij mee op poten aan het zetten is. Het MAD festival, want dat is de naam, wordt een culinair equivalent van het muziekfestival in Roskilde. Zo zullen op de ‘main stage’ van het non-profit-event chefs kun kunsten tonen, terwijl bijvoorbeeld foodwriters of wetenschappers in de ‘marquee’ hun ding doen. Stiekem is Redzepi gewoon een rocker, zoals ook mocht blijken uit de reactie die volgde nadat Michelin hem geen derde ster had toegekend. “Ach, ik droom van die derde ster, net zoals ik er van droom een gitaarsolo te spelen op Roskilde. Misschien moet ik gewoon nog harder mijn best doen”. Topkerel!


René probeerde binnen een korte tijdspanne iedereen zo goed en zo kwaad mogelijk te woord te staan, wat niet weg nam dat sommige vragen hem wel de wenkbrauwen deden fronsen. Wat moet je immers met de vraag of we in zijn ogen momenteel van een revival van het romanticisme kunnen spreken. Phaidon, de uitgever van René’s boek wees er nog op dat een Nederlandstalig exemplaar van ‘Noma, Time & Place in Nordic Cuisine’, in mei in de betere boekhandel te vinden zou zijn. Dat was het ideale moment om een foto te nemen van de chef die even zijn eigen boek doorbladerde. Dat hij uiteindelijk amper een dag in België zou verblijven vond hij trouwens best jammer. Over Hof van Cleve had hij al veel gehoord, en ook In De Wulf had hij graag bezocht. Een andere keer misschien.



De volgende dag stond een kookdemo van René in goed gezelschap op het programma (later meer daarover). Nog voor deze demo werd het podium door de persmeute belegerd. De persconferentie was een mooie appetizer geweest, maar ze hadden zin in meer. Ik dus ook maar mee het podium op, net op tijd om een Nederlandse collega de meest hilarische vraag ooit te horen stellen. “How does it feel to be one of the biggest cocks in the World”. René vroeg zich af of zijn vrouw misschien uit de biecht had geklapt, nam het compliment met zichtbare animo in ontvangst en ging verder met zijn voorbereidingen. Ik herhaal: Topkerel!

1 opmerking:

Anoniem zei

Jaloooersss

Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...